Loopgraven in de Residentie
Op 7 november 1915 bezichtigden zestien dames en vier heren, de overdekte loopgraven in Zorgvliet.
De loopgraven waren gemaakt door de grenadiers, “zoals men deze ook op de slagvelden kon aantreffen”.
In het midden was een ruimer gedeelte voor de periscoop, vervaardigd door Van der Stigchel, militair.
En er was een bomvrije schuilplaats aangelegd.
Bron: Nederlandsche Illustratie, 1915
Je hoofd over de rand van een loopgraaf steken kon dodelijk zijn
Het gezelschap bekeek op de periscoop in de loopgraaf. Hiermee kon het hele terrein in de rondte worden overzien.
Je hoofd over de rand van een loopgraaf steken kon dodelijk zijn. Vandaar het gebruik van de periscoop.
Bron: Nederlandsche illustratie, 1915
Jacob Cats
Na ongeveer 15 minuten onder de grond te hebben vertoefd, werd het gezelschap door het Park (Sorghvliet) rondgeleid door de heer Schwenke. Hij gaf een korte levensschets van Jacob Cats, die zich omstreeks 1652 op Zorgvliet vestigde. De Raadspensionaris bracht hier zijn laatste levensjaren door (Cats was raadspensionaris van 1630-1651). Hij stierf op 83-jarige leeftijd in 1660. Door een lijkstoet van 18 koetsen en 40 toortsen werd zijn stoffelijk overschot naar de Kloosterkerk gebracht, alwaar hij werd begraven.
Steun aan militairen
De loopgraven waren door de pionier-afdeling van het eerste bataljon regiment van de grenadiers aangelegd. Zoals deze ook op oorlogsterrein in gebruik waren, tijdens de Eerste Wereldoorlog. Er moest entree betaald worden voor de bezichtiging. De entreegelden werden gedoneerd aan de “Nationale vereeniging tot steun aan militairen”. De maatschappij “Villapark Zorgvliet” stelde het terrein beschikbaar.
Voor de bouw gebruikten de militairen over verschillende materialen. Rioolroosters werden bijvoorbeeld gebruikt voor de toevoergaten en rioolbuizen voor de schoorsteen.
De frontbreedte van de loopgraaf was ruim 40 meter.
Voorafgaand aan de bezichtigingen werden de loopgraven geïnspecteerd door de militaire autoriteiten en door de Opperbevelhebber generaal Snijders.
Bezoek aan de loopgraven
Tussen 5 en 19 november 1915 was het mogelijk de loopgraven te bezoeken. Maar als gevolg van het slechte weer, waren er minder mensen in de gelegenheid geweest om naar Zorgvliet te komen. Daarom werd de bezichtiging met twee dagen verlengd.
De loopgraven werden druk bezocht. In het eerste weekend kwamen er 3968 personen! In totaal bezochten zo’n 15.000 mensen de loopgraven. In de eerste week moest je meer entree betalen. F 0,25 per persoon, daarna f 0,15 per persoon. Militairen kregen korting op de toegangsprijs.
De opbrengst was 2500 gulden.
Bronnen
Delpher
De Nederlandsche illustratie, 1 november 1915
De nieuwe courant, 3 november 1915
Reizen en trekken; officieel orgaan van de Nederlandsche Reisvereeniging, 15 november 1915
Haagshe Vrouwenkroniek, 20 november 1915
